NK voor schaatsclubs

Na vier geslaagde edities van het officieuze NK Clubs in 2018, 2019, 2021 én 2022, waar junioren en wereldtoppers strijden om de titel ‘Beste schaatsclub van Nederland’, binden veertien schaatsclubs van Nederland de strijd aan op het ijs van Thialf. In 2020 heeft het NK Clubs de titel 'officieel' van de KNSB gekregen! 

 

Het format is een idee van oud-topschaatser, en schaatstrainer van het Team Jumbo-Visma, Sicco Janmaat en wordt georganiseerd door een team van vrijwilligers. Onderlinge strijd moet de lokale ijsverenigingen stimuleren een kwaliteitsslag te maken in opleiding en scouting. Ook moet een sterker clubgevoel meer schaatsende jongeren prikkelen en enthousiasmeren voor de wedstrijdsport.  

 

Meervoudig olympisch kampioen Sven Kramer spreekt van een 'superinitiatief'. "Ik denk dat het de kinderen alleen maar motiveert om nog meer te sporten. Normaal gesproken rijden wij alleen EK's, WK's en de wereldbeker. Dat is een ver-van-mijn-bed-show voor de kinderen. Nu kunnen ze ons aanraken en kunnen we met hun onze club verdedigen.”

 

Er is plek voor veertien clubs om deel te nemen aan het toernooi. Deze clubs worden geselecteerd op basis van de tijden die hun leden in diverse leeftijdscategorieën het afgelopen seizoen en de laatste maanden op Nederlands ijs lieten noteren. Voor elke afstand vaardigt de club één rijder af, zowel bij de heren, dames als junioren. NK Clubs publiceert op haar site, tijdens het hele seizoen, tussentijdse updates van de eerste landelijke ranglijst van clubs. Aan het einde van het toernooi kroont de club met het beste totaalresultaat zich tot winnaar.

 

Elk jaar staan er weer veel toppers op de lijst om deel te nemen namens hun (oude) schaatsclubs.  Voor een junior is het een geweldige ervaring om met zijn of haar schaatsheld te strijden voor de titel.    

De KNSB en ijsstadion Thialf in Heerenveen omarmden het plan dat Janmaat ze in 2018 voorlegde. Dat maakte de weg vrij om het samen met hen het NK Clubs te professionaliseren en er een jaarlijks terugkerend toernooi van te maken, dat alles in zich heeft om Hollandse schaatsfolklore te worden. Journalist Jaap Stalenburg, ambassadeur van het NK Clubs, noemde het al de 'rokjesdag' van het schaatsen, als traditionele aftrap van het seizoen. In 2020 heeft de KNSB het NK Clubs de status van 'officieel Nederlands Kampioenschap' gegeven. 

 

Na het tussentijds publiceren van de update van de ranglijst van clubs is NK Clubs een serieus onderwerp van gesprek bij de bitterballen in de schaatskantines. Jong en oud willen er bij zijn. Is het niet op het ijs, dan op de tribunes. Touringcars zijn al geboekt om vanuit vele hoeken van het land met de club naar Heerenveen te gaan.

 

Janmaats team, bestaande uit professionals met uiteenlopende expertises die hem belangeloos bij staan, werkt aan een dag die in niets lijkt op de traditionele toernooien. Rondom de baan zijn er workshops en is er live muziek. En van het startschot tot de finale heb je zicht op de allround-ranking van je club. Het is een grote klus om rond te krijgen, helemaal zonder grote fondsen. Maar we maken er elke editie een heerlijk clubfeest van!


Steun NK Clubs

Draagt jij het concept NK clubs een warm hart toe, of heb je een schaats gerelateerd product dat je wilt presenteren op een van onze events? Wordt dan voor €1000 per jaar lid van “Vrienden van NK Clubs”. 


Bekijk alle foto's en videos in 'impressie NK Clubs'.

prof's & amateurs zij aan zij

Op het ijs in Thialf verschijnen niet alleen de talenten van allerlei ijsverenigingen, ook een deel van de wereldtop is aanwezig tijdens het NK Clubs.

“Voor een junior moet het een geweldige ervaring zijn om samen met zijn of haar schaatsheld te strijden voor de titel.”

Alle clubs zouden de nationale titel graag winnen, maar dat is niet het voornaamste doel. "Het gaat er vooral om dat de deelnemers plezier hebben en ervan leren". 

clubliefde: jeugd enthousiasmeren!

“De carrière van iedere topper begint bij een ijsclub”, zegt Janmaat. “Maar weinigen weten van welke vereniging Sven Kramer of Ireen Wüst eigenlijk lid is. Onderlinge strijd moet de verenigingen stimuleren een kwaliteitsslag te maken in opleiding en scouting en meer schaatsende jongeren prikkelen en enthousiasmeren voor de wedstrijdsport. Clubliefde moet weer terugkomen; van de rijders tot de ijsmeesters en van de kantinemedewerkers tot de fans.”